opc_loader

Wensenlijst

 

Gratis bezorgd in heel Vlaanderen - alle prijzen zijn inclusief levering aan huis/stal.

 

Basistips paarden voeren en het gewicht bepalen

Wat eet een paard

Basistips paarden voeren en het gewicht bepalen
Goed voeren van een paard is niet eenvoudig. Er zijn een aantal uitgangspunten waarmee men rekening moet houden bij het voeren van een paard. Lees hieronder 10 tips voor uitgangspunten waarmee rekening gehouden moeten worden bij het goed voeren van een paard.

1. Goed en voldoende ruwvoer
Een paard is van nature een ruwvoer eter die ca 14 - 16 uur per dag bezig is met eten. De spijsvertering is ingesteld op het verteren van een continue stroom vezelrijke voeding, zoals hooi, kuilgras etc. Zorg daarom dat je paard voldoende ruwvoer krijgt van goede kwaliteit. Aangezien de kwaliteit van ruwvoer zeer wisselend kan zijn en het soms lastig is om de kwaliteit in te schatten wordt aangeraden om het ruwvoer te laten analyseren, zodat je weet wat je voert. Ruwvoer mag niet broeien, beschimmeld of stoffig zijn. Een richtlijn voor de hoeveelheid ruwvoer is ca. 1,5 kg per 100 kg lichaamsgewicht. Een paard van 600 kg zou dus ca. 9 kg ruwvoer per dag moeten krijgen. Let op: kuilgras bevat meer water dan hooi, waardoor je meer kg moet voeren om aan dezelfde hoeveelheid voeding te komen.

2. Vers water
Zorg dat je paard ten aller tijde de beschikking heeft over vers en schoon water. Zowel in de weide als in de stal of paddock dient altijd schoon water beschikbaar te zijn. Paarden/pony's drinken ca. 15 - 30 liter water per dag. Deze hoeveelheid is erg afhankelijk van de temperatuur en prestatie. Geef niet teveel koud water in één keer en houd de temperatuur van het water in de gaten in de zomer.

3. Geleidelijke overgangen in het rantsoen
Voor iedere wisseling in het rantsoen van een paard dient de overgang geleidelijk te gebeuren. Een wisseling van krachtvoer dient in ca. 7 - 10 dagen omgeschakeld te worden, waarbij het oude krachtvoer langzaam wordt afgebouwd en het nieuwe krachtvoer langzaam wordt opgebouwd. Ook bij de wisseling van stal naar weide of weide naar stal dient dit geleidelijk te gebeuren om stofwisselingsproblemen te voorkomen. Ook andere wisselingen in het rantsoen voor dikke paarden of magere paarden moeten altijd langzaam plaats vinden. Ook het verschil in partijen hooi/kuilgras kunnen erg wisselend zijn, waar de spijsvertering van een paard op kan reageren. Ook hierbij geldt schakel langzaam om naar een nieuwe partij om spijsverteringstoornissen te voorkomen.

4. Kleine porties per maaltijd
De maag van een paard is erg klein, ca. 8 - 15 liter en omvat daarmee slechts 7% van het volume van het maagdarmkanaal. Doordat de maag zo klein is kan een paard van 600 kg niet meer dan 3 kg krachtvoer per maaltijd verwerken. Verdeel het krachtvoer over kleine porties per maaltijd. Indien mogelijk maximaal 1 - 2 kg krachtvoer per maaltijd. Probeer daarnaast op de opname te vertragen door bijv. ruwvoer (dit kan ook een vezelrijke brok zijn) door het krachtvoer te mengen. Hierdoor moet een paard beter kauwen, wat beter is voor de vertering.

5. Meerdere malen per dag voeren
Een paard heeft geen galblaas, waardoor de verteringssappen doorlopend in de dunne darm terecht komen. Om de vertering op gang te houden is het belangrijk om vaker kleine porties per keer te geven. Verdeel het krachtvoer over 2 - 4 porties per dag en laat een paard niet langer dan 6 uur met een lege maag staan. Voor paarden met maagzweren is dit zelfs maximaal 1 uur. Dus geef minimaal 3 maal per dag ruwvoer. Probeer verder een vast voerschema aan te houden.

6. 's morgens eerst ruwvoer, dan krachtvoer
Als een paard 's nachts niet de beschikking heeft over vezelrijke voeding(hooi, kuilgras of stro) is het beste om de vertering's morgens op gang te brengen met ruwvoer en daarna pas krachtvoer te geven. Ruwvoer zorgt voor veel speekselproductie en brengt de spijsvertering op gang, waardoor het krachtvoer beter wordt verteerd. Doordat het paard minder hongerig is na het ruwvoer zal hij ook beter kauwen op het krachtvoer. Daarnaast verklein je de kans op maagzweren, omdat krachtvoer op een lege maag de zuurgraagd aanzienlijk verlaagd.

7. Geen krachtvoer voor prestatie
Geef geen grote hoeveelheden krachtvoer vlak voor de arbeid. Geef binnen 3 uur voor het verrichten van zware arbeid geen krachtvoer meer. Wel kun je van tevoren nog kleine hoeveelheden hooi of kuilgras voeren. Het verrichten van arbeid met een volle maag is niet prettig, maar het kan ook zorgen voor een glucosedip na ca. 2 uur na het voeren. Dit kan de prestatie verminderen. Voor lichte prestaties in combinatie met kleine hoeveelheden krachtvoer geldt: geef binnen 1 uur voor de arbeid geen krachtvoer meer.

8. Sober voeren
Wees voorzichtig met het geven van extra producten, zoals muesli, slobber, wortels, appels, brood en andere lekkernijen. Een paard is gebaat bij een rantsoen met zo min mogelijk wisselingen. Een constant, goed uitgebalanceerd rantsoen is het beste. Extra's en lekkernijen kunnen het rantsoen verstoren en ervoor zorgen dat uw paard overvoert wordt. Extra vitaminen en mineralen(supplementen) zijn onder normale omstandigheden overbodig en ongewenst. Alleen in bijzondere gevallen kan het bijvoeren van supplementen effect hebben. Zorg dat de basis van het rantsoen in orde is, dus begin bij een goede kwaliteit ruwvoer, stem vervolgens de hoeveelheid krachtvoer hierop af in combinatie met de prestatie/conditie van je paard en kijk daarna indien nodig naar supplementen als het samengestelde rantsoen een tekort uitwijst.

9. Gebit
Een goede vertering begint bij een goed gebit. Als het gebit van een paard niet in orde is, dan kan dit voor verminderde opname van voedingsstoffen zorgen. Laat het gebit van je paard daarom regelmatig, maar minimaal 1x per jaar controleren door een erkende paardentandarts. Vooral bij oudere paarden is controle van het gebit extra belangrijk.

10. Ontwormen
Wormen zijn een bekend probleem bij paarden en kunnen de gezondheid van het paard negatief beïnvloeden. Paarden met wormen kunnen bijv. erg vermageren, omdat het voedsel niet meer goed opgenomen wordt. Zorg voor een regelmatige ontworming en wissel af met wormmiddelen om resistentie tegen te gaan. Laat een mestonderzoek uitvoeren om vast te stellen hoe jouw paard het best ontwormd kan worden.

Tenslotte geldt bij voedingsproblemen, weet wat je voert, kijk kritisch naar je rantsoen, verbreed je kennis en mocht je er niet uitkomen raadpleeg bij twijfel een voedingsdeskundige of je dierenarts.

Conditiescore
De lichaamsconditie van jouw paard is de belangrijkste manier om te bepalen of je genoeg voert. Je kunt de conditie van je paard beoordelen door te kijken en te voelen. Het is het beste als je de ribben niet kunt zien, maar wel kunt voelen. Als je achter je paard staat moet de ruggengraat het hoogste punt zijn. Om inzicht te krijgen in de gewichtstoename of afname kun je jouw paard ook wegen.
Wanneer is een paard te dik of te dun?


Body Condition Score (BCS) 
Met de onderstaande Body Condition Score(BCS) krijg je een indicatie wanneer jouw paard op het juiste gewicht is. Bij de beoordeling moet je wel rekening houden met verschillen in ras en bouw.

1. Zeer mager

  • Wervelkolom, heupbeen en ribben tekenen zich scherp af

  • Wervelkolom is hoogste punt achterhand

  • Bijna geen spierweefsel

  • Geen vet op de ribben

  • De hals is ingevallen voor de schoft

2. Mager

  • Wervelkolom,heupbeen en ribben nog goed zichtbaar

  • Wervelkolom is het hoogste punt van de achterhand

  • Licht ingevallen billen

  • Spierweefsel weinig aanwezig

  • Geen vetbedekking op de ribben

3. Normaal

  • Wervelkolom, heupbeen en ribben zijn licht zichtbaar en tastbaar

  • Wervelkolom is hoogste punt achterhand

  • Hals en rug zijn licht bespierd

  • Lichte vetbedekking op de ribben

4. Vet

  • Wervelkolom, heupbeen en ribben zijn niet zichtbaar

  • Wervelkolom is nog net hoogste punt achterhand

  • Vetbedekking op billen,hals en rug

  • Ronde halslijn

 5. Zeer vet

  • Wervelkolom, heupbeen en ribben zijn niet zichtbaar en tastbaar

  • Vet op de billen is hoogste punt achterhand

  • Wervelkolom ligt dieper

  • Veel vet op hals, billen en rug

Cresty Neck Score(CRS)
Door middel van de Cresty Neck Score 0 - 5 wordt de hoeveelheid vet in de nek gescoord. Score 1-2 is het uitgangspunt.

0.

  • Geen voelbare kam

1.

  • Geen zichtbare kam

  • Kam wel licht voelbaar

2.

  • Duidelijk zichtbare kam

  • Vetophoping gelijkmatig verdeeld tussen maantop en schoft

  • Kam is eenvoudig met één hand te opvatten en naar beide zijden te bewegen

3.

  • Kam is vergroot en verbreed

  • Vet hoopt zich op in het midden van de nek

  • Kam doet bergvormig aan

  • Kam vult de kom van de hand en verliest de flexibiliteit om naar beide zijden gebogen te worden

4.

  • Kam is behoorlijk vergroot en verbeed

  • Kam past niet meer in de kom van de hand en niet buigzaam naar beide zijden

  • Mogelijk zijn er plooien zichtbaar verticaal over de hals richting kam

5.

  • Kam is enorm vergroot

  • De kam hangt permanent over naar één kant

Gewicht pony/paard

Wat weegt jouw paard of pony? Bijna niemand kan op deze vraag een exact antwoord geven. Om te kunnen bekijken wat de behoefte aan voedingsstoffen van jouw paard is, is het goed om te weten wat je paard of pony weegt. Dit geldt ook voor het toedienen van medicijnen, wormenspuiten of het vervoeren van jouw paard of pony. 

Helaas hebben weinig mensen een weegschaal waarop een paard gewogen kan worden. Dierenartsen of paardenklinieken hebben deze vaak wel. Doet de mogelijkheid zich voor? Weeg je paard eens om een nauwkeurig beeld te krijgen van zijn gewicht. 

Gewichtsindicatie per ras

Ras

Gewicht

Minipaardje (tot 1.10 m)

90 - 200 kg

Shetlander (1.00 - 1.10 m)

200 - 250 kg

Welsh pony

205 - 340 kg

IJslander

300 - 450 kg

Arabier

400 - 500 kg

Fjord

400 - 500 kg

Tinker

500 - 800 kg

Volbloed

460 - 600 kg

Warmbloed

500 - 700 kg

Fries

500 - 700 kg

Belgisch trekpaard

700 - 1000 kg


Gewichtsindicatie naar aanleiding van schofthoogte

Schofthoogte

Indicatief gewicht

A-pony (tot 1.17 m)

200 - 300 kg

B-pony (1,17 - 1,269 m)

250 - 300 kg

C-pony (1,27 - 1,369 m)

300 - 400 kg

D-pony (1,37 - 1,48 m)

350 - 450 kg

E-pony (1,481 - 1,569 m) 

400 - 500 kg

1,57 - 1,649 m

500 - 550 kg

1,65 - 1,699 m

550 - 625 kg

1,70 - 1,749 m

625 - 700 kg

1,75 - 1,799 m

700 - 750 kg

1,80 - 1,85  m

750 - 850 kg

Uitsluitend op basis van schofthoogte is het gewicht moeilijk te bepalen, maar bovenstaande tabel geeft een idee. Houd rekening met extreem grof, fijne gebouwde paarden of dikke, dunne paarden. Het gewicht kan namelijk enorm verschillen.

Gewicht berekenen
Er zijn meetlinten op de markt, waarbij je door middel van de borstomvang het gewicht van jouw paard kunt bepalen. Dit geeft een betrouwbaar idee van het gewicht, maar is uiteraard nog niet volledig nauwkeurig.

Een andere mogelijkheid is het gewicht berekenen door middel van een formule. Let op: deze formule is niet geschikt voor het schatten van het gewicht van zeer kleine pony's.

((Borstomvang in cm x 4,3) + (Schofthoogte in cm x 3)) - 785 kg = Gewicht in kg.

Schofthoogte
Als je de schofthoogte van je paard/pony niet weet dan kun je deze opmeten. Meet nauwkeurig tot de schoft en trek mogelijke hoefijzers eraf.

Borstomvang
De borstomvang kun je bepalen door een meetlint over de schoft achter de voorbenen weer omhoog te brengen naar de schoft.

Voorbeeldberekening:  
Rijpaard met een borstomvang van 185 cm en schofthoogte van 168 cm.
((185 x 4,3) + 168 x 3)) - 785 kg
795,5 + 504 = 1299,5 - 785 kg = 514,5 kg  

De berekening van het gewicht is een schatting, omdat de hals en achterhand niet meegerekend worden.

Met dank aan de website www.voervergelijk.nl

Terug

Reacties

Er moet ingelogd worden voordat u een reactie kunt plaatsen. Uw reactie zal worden geplaatst zodra deze is goedgekeurd.