opc_loader

Wensenlijst

 

Gratis bezorgd in heel Vlaanderen - alle prijzen zijn inclusief levering aan huis/stal.

 

Weidegang en Spieren

Weidegang en Spieren

Weidegang en Spieren

Overgang stal naar weide

Als je paard in het voorjaar voor het eerst de weide in gaat moet je wel voorzichtig zijn. Hij kan zo vrolijk zijn dat hij zichzelf beschadigd of door de omheining gaat.

Daarnaast is het erg belangrijk om de hoeveelheid gras die hij binnen krijgt in de gaten te houden. Een plotselinge overgang kan de darmflora in de blinde en dikke darm verstoren. Dit kan leiden tot diarree, koliek of hoefbevangenheid. Daarom moet je een paard nooit zomaar  van de ene op de andere dag vanaf een stalrantsoen in de weide zetten.

De beste overgang van stal naar weide

1. Elke dag een uurtje langer
Laat je paard in het begin elke dag een uurtje langer grazen.

2. Hooi of stro voeren
Gras leidt bij veel paarden tot dunne mest. De vertering van gras zal stabieler verlopen als je eerst een plak hooi of stro voert voordat je je paard buiten zet. Ook zal je paard hierdoor minder honger hebben.
 
3. Regelmatig ontwormen
Als paarden in de weide staan is de kans op wormbesmetting groter. Dit neemt niet weg dat paarden die geen weidegang krijgen ook ontworming nodig hebben. Door de grotere kans op infectie in de weide is het aan te raden om alle paarden te ontwormen, voordat zij de weide opgaan. Als een paard nieuw wordt toegevoegd aan een koppel moet deze eerst ontwormt worden en 2 dagen afgezonderd houden van de groep. Om de juiste werkzame stof te kiezen en de frequentie van ontwormen kun je mestonderzoek laten uitvoeren door je dierenarts.

Het werd net al even aangehaald maar de schrik van elke paardenbezitter hoefbevangenheid. Wat is het en hoe komt het


Hoefbevangenheid

De symptomen van hoefbevangenheid zijn wisselend van lichte kreupelheid tot ernstige stijfheid. Paarden gaan naar achteren leunen om zo min mogelijk gewicht op de voorhoeven te dragen. In de hoef laat de verbinding tussen hoefschoen en hoefbeen los. Ontstekingsfactoren of giftige stoffen kunnen de oorzaak zijn van dit proces. Paarden die veel krachtvoer of gras met teveel suikers/fructaan krijgen hebben verhoogde kans op een verstoorde bacterieflora in de dikke darm. Deze verstoring kan giftige stoffen veroorzaken waardoor hoefbevangenheid ontstaat. Paarden kunnen fructaan zeer slecht verwerken, waardoor grote hoeveelheden in de darmen terecht komen en de darmflora uit balans raakt. De behandeling is in eerste instantie gericht op pijnbestrijding en het proces te stoppen.

Tijdens de acute fase mag het paard GEEN krachtvoer krijgen. Geef alleen grofstengelig hooi en haal je paard uit de weide. Zet haar op stal of in de paddock. Verder kan het zinvol zijn om levende gistcultuur te geven en geef voldoende voedingsstoffen om herstel te verbeteren, zoals bijvoorbeeld: aminozuren, zink, vitamine E, biotine, vitamine A en selenium.


Na de acute fase is het belangrijk om de kans op herhaling zo klein mogelijk te maken. Dit kan onder andere door de volgende zaken in de gaten te houden.

Voer voor paarden die gevoelig zijn voor hoefbevangenheid

1.Houd de darmflora gezond
Een rantsoen met veel langzaam afbreekbare vezels is zeer belangrijk. Geef dus veel ruwvoer en beperk het gebruik van krachtvoer. Krachtvoer bevat veel suiker en zetmeel die een herhaling kunnen geven van de verteringsproblemen. Een paard dat veel moet presteren zou extra energie kunnen krijgen door extra plantaardige olie te voeren. Lees meer over een vetrijk rantsoen.

Elke wijziging in het voer, maar ook elke verandering in het kauwen, denk aan gebitsproblemen, heeft als gevolg dat de darmflora verandert. Bij een te grote verandering kunnen de ongewenste bacteriën toenemen, ten koste van de goede bacteriën. Een wijziging in het rantsoen dient altijd langzaam te gebeuren. Bouw het bestaande rantsoen langzaam af en het nieuwe rantsoen op. Neem hier circa 7 - 10 dagen de tijd voor. Dit geldt voor zowel een wijziging van krachtvoer als van ruwvoer.

2. Weidegang
Gras is een belangrijke veroorzaker van hoefbevangenheid. Hierbij is niet het eiwit het probleem, maar de fructanen en andere suikers die in zeer wisselende hoeveelheden voorkomen. Laat het paard daarom ook altijd langzaam wennen aan het grasrantsoen in het voorjaar. In het voorjaar is het aantal gevallen van hoefbevangenheid sterk verhoogd door een te snelle overgang van hooi of kuil naar het jonge voorjaarsgras.

Uit onderzoek is gebleken dat het ene grasmengsel meer fructaan bevat dan het andere grasmengsel. Kropaar, Timothee, Roodzwenkgras en Beemdvossenstaart hebben over het algemeen een lager fructaangehalte, dan bijvoorbeeld Engels raaigras en Veldbeemdgras. Hierbij zijn seizoensinvloeden, zoals temperatuur ook heel belangrijk. Onder normale omstandigheden zal een paard niet zo snel een te grote hoeveelheid fructaan opnemen.

Chronisch hoefbevangen paarden kun je het beste niet in de weide zetten op een zonnige dag na een koude nacht, omdat de fructaangehalten in het gras dan verhoogd zijn. Daarnaast is het raadzaam om fructaanarme grassoorten in te zaaien, zoals Timothee en Roodzwenkgras.. Verder is het zinvol om de weide af en toe te bemesten, ook tijdens het weideseizoen. Bemesting zorgt ervoor dat in het gewas geen tekorten ontstaan om te groeien. Zeer schrale weide kunnen hoge fructaangehalten bevatten door tekorten. Probeer daarom te zorgen voor een gezonde grasmat. Lees meer over weidegang en onderhoud.

3. Ondersteun de hoefgroei
De hoefgroei kan ondersteund worden door bijv. biotine.

4. Weerstand verbeteren
Extra ondersteuning met zink, selenium, methionine en omega-3-vetzuren kunnen bijdragen aan een optimale gezondheid.

5. Ideale gewicht bereiken
Zorg ervoor dat uw paard niet te zwaar wordt. Door middel van een conditiescore kun je bepalen of je paard een juiste conditie heeft.


Spieren en hun problemen

Naar aanleiding van een vraag van enige klanten nu wat meer uitleg over spieropbouw:

Iedereen wil een mooi gespierd paard, maar dat gaat niet vanzelf. Spieropbouw kan ondersteund worden door de juiste voeding.

De belangrijkste bouwstof voor de spieren zijn eiwitten. Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. Er zijn twee soorten aminozuren: essentiële en niet-essentiële aminozuren. Essentiële aminozuren moeten door de voeding verstrekt worden, omdat het paard deze niet in het lichaam aanmaakt. Niet-essentiële aminozuren kan een paard zelf aanmaken en spelen daarom een minder belangrijke rol in de voeding. Essentiële aminozuren voor een paard zijn Lysine, Methionine, Leucine, Isoleucine, Fenylalanine, Threonine, Tryptofaan, Histidine en Valine. Deze essentiële aminozuren vormen de basis voor herstel en opbouw van spieren en andere weefsels in het lichaam.

Voeding ter ondersteuning van spieropbouw

1. Voldoende eiwit
Als basisbehoefte heeft een paard niet veel eiwit nodig; goede kwaliteit ruwvoer en een beetje krachtvoer zijn vaak voldoende. Tijdens training worden spiervezels afgebroken, die na de training weer opnieuw, en sterker, worden opgebouwd. Hiervoor is extra eiwit nodig dat ga je dus niet redden met hooi alleen. Tegenwoordig zijn zowel kracht- als ruwvoeders vaak eiwitarm. Kies daarom liever voor een specifiek sportproduct met extra eiwit. Als het rantsoen te weinig eiwit bevat, dan is spieropbouw niet mogelijk en kan zelfs spierafbraak optreden. Grof hooi of kuilgras van onbemest weiland kan zeer eiwitarm zijn.

Jonge paarden zijn nog in de groei en hebben veel bouwstoffen nodig om spieren op te bouwen. Eiwitten van een hoge kwaliteit zijn dus extra belangrijk voor jonge paarden. Voeders voor jonge paarden bevatten meestal extra eiwitten.

2. Essentiële aminozuren
Zoals gezegd moet de voeding voorzien in de essentiële aminozuren. Van krachtvoer is meestal minimaal het lysine- en methioninegehalte bekend. Speciale eiwit- of aminozuursupplementen bevatten echter een volledig uitgekiend aminozurenprofiel en kunnen helpen bij de spieropbouw.

3. Hoge biologische waarde
De waarde van het eiwit in de voeding, is afhankelijk van de verteerbaarheid en het aminozurenprofiel. Hoe meer essentiële aminozuren het eiwit bevat, hoe hoger de biologische waarde. Luzerne bevat ongeveer 18-20% ruw eiwit, waarvan  50-60% wordt verteerd. Andere voedermiddelen rijk aan eiwit met een hoge biologische waarde zijn o.a. soja en lijnzaad.

Spieropbouw kan niet uitsluitend door de juiste voeding bewerkstelligd worden. Spieren worden krachtiger en spiermassa neemt toe door frequente training. Een training waarbij het paard minimaal vier dagen per week intensief aan het werk wordt gezet en de grens steeds iets meer wordt verlegd zorgt voor extra kracht.

Een goede warming up en cooling down zijn heel belangrijk om ernstige spierstijfheid te voorkomen, maar dat moge duidelijk zijn want dat doen we zelf ook als we gaan trainen.


Opfok (1 t/m 3 jr)

Jonge paarden hebben extra energie nodig voor de groei en ontwikkeling. 

Voer voor jonge paarden
Als een paard zijn eerste verjaardag nadert kan de hoeveelheid krachtvoer iets vermindert worden. Het paard heeft ca. 90% van zijn volwassen hoogte bereikt, waardoor de ergste groeispurt is geweest.

Veel jonge paarden worden in de opfok gezet bij meerdere jonge paarden in verband met sociaal contact. Het is belangrijk om de conditie in de gaten te houden door middel van een conditiescore. Vooral in een groepshuisvesting is het belangrijk om zeker te weten dat het jonge paard voldoende voedingsstoffen krijgt die hij nodig heeft.

1. Verhouding calcium, fosfor en magnesium
De verhouding calcium/ fosfor is zeer belangrijk voor gezonde botten en spieren. De verhouding calcium fosfor dient voor jonge paarden circa 1,5 : 1 te zijn. Daarnaast speelt ook magnesium een belangrijke rol. 

2. Extra aandacht voor koper, zink en mangaan
Zink, koper en mangaan zijn heel belangrijk voor een goede botgroei en ontwikkeling. Met VoerVergelijk checkers kun je alle voeders op deze sporenelementen sorteren. Bij speciale voeders voor merries wordt ook vaak extra aandacht besteed aan deze sporenelementen. Daarom zie je ook vaak combinatievoeders, zoals merie/jaarlingbrok, merrie/jonge paarden muesli. Ook bestaan er speciale muesli's voor jonge paarden.

3. Eiwitten van goede kwaltieit
Eiwit van goede kwaliteit zijn de bouwstenen van het lichaam. Een jong paard heeft daarom een verhoogde behoefte aan eiwit. Hierbij zijn vooral essentiële aminozuren zoals lysine en methionine belangrijk. Geef ruwvoer van goede kwaliteit in combinatie met een krachtvoer met een gemiddeld/hoog eiwitgehalte. Bekijk de behoefte energie/eiwit van jonge paarden.

4. Onbeperkt ruwvoer, liefst weidegang
Geef een jong paard onbeperkt ruwvoer van goede kwaliteit om in de eiwitbehoefte te voorzien en verveling te voorkomen. Uiteraard is weidegang het beste manier om onbeperkt ruwvoer en beweging te geven. Botten, spieren, pezen en banden worden sterker als van een jong paard af en toe inspanning gevraagd wordt.


Spierstijfheid

Ieder sportpaard heeft van tijd tot tijd last van spierpijn. Het paard vertoont pijn door kort te lopen of geeft verzet tijdens de training. Spierpijn komt bij jonge paarden regelmatig voor als zij spieren moeten gebruiken die normaal nauwelijks aangesproken worden. Ook oudere paarden kunnen stram en stijf zijn als ze van stal komen. Door een goede warming-up en juiste manier van bewegen zullen de spieren weer los laten.

Spierpijn moet na korte tijd weer overgaan. Is dit niet zo, dan heeft het paard meer last van zijn spieren in verhouding tot het werk wat hij verricht en zou de dierenarts hem moeten controleren.

Spierpijn kan worden voorkomen door overbelasting te voorkomen en een goede warming up en cooling down. Houdt de spieren van je paard na het werk warm, dan blijft de doorbloeding goed en herstelt de spier gemakkelijker.

Voer voor paarden die last hebben van spierstijfheid

Spierpijn kan ontstaan door spierkracht die snel beschikbaar moet komen. Dit gebeurt dan zonder zuurstof. Hierbij wordt melkzuur geproduceerd. Melkzuur moet weer worden afgebroken en afgevoerd. Vitamine E en Vitamine C ondersteunen de afvoer van melkzuur en daarmee de spieren soepel te houden.

Tijdens de training verlengen en verkorten de spieren zich, waardoor ze aanspannen en weer ontspannen. Voor het aan- en ontspannen van de spieren wordt energie en bijvoorbeeld calcium gebruikt. Als het calcium niet goed wordt afgevoerd ontstaan kleine beschadigingen. De spieren blijven aangespannen, verstijven en de beschadigingen veroorzaken pijn. Een teveel aan calcium in het rantsoen kan ook de magnesium verdringen. Daarom speelt de verhouding Calcium, Fosfor en Magnesium ook een belangrijke rol bij stijve spieren. Magnesiumcitraat en Magnesiumchelaat zijn de best opneembare vormen van magnesium voor paarden.

Vandaar dat zomaar een plons magnesium aanbieden zonder daarbij op de samenhang tussen de overige onderdelen te letten soms averechts kan werken. Het volgende onderwerp, ook n.a.v. een vraag van een klant is ook een helaas veel voorkomend geval


Spierbevangenheid

Spierbevangenheid, ook wel tying up of maandagziekte kan ontstaan door diverse oorzaken. De meest voorkomende oorzaak is teveel krachtvoer (te veel suikers en zetmeel) in verhouding tot de hoeveelheid beweging. Paarden die tijdens rustdagen geen aangepast rantsoen krijgen, kunnen de volgende dag spierbevangen worden.

Dagelijkse beweging met een langdurige warming-up en cooling-down is een belangrijke maatregel ter voorkoming van spierbevangenheid bij paarden. Zorg voor dagelijks vrije beweging naast het rijden en een goed trainingsschema. Op dagen dat jouw paard minder inspanning hoeft te leveren, geef je de avond van te voren al minder krachtvoer.

Voer voor paarden die gevoelig zijn voor spierbevangenheid

1. Hoeveelheid zetmeel en suiker verlagen
Om spierbevangenheid te voorkomen moet men trachten de zetmeel en suikers zoveel mogelijk te vervangen door extra vezels (ruwe celstof) en vet. Het aandeel zetmeel en suikers in het rantsoen moet verminderd worden. Vervang 20% van de totale energie door energie in de vorm van vet. Geef ruim voldoende ruwvoer. Maar let op: hooi en kuilgras kunnen zeer wisselende hoeveelheden suiker bevatten.
2. Extra vitamine E en C
Extra vitamine E en vitamine C bijvoeren is zinvol voor de afvoer van gevormd melkzuur om de spieren soepel te houden. Voor het benutten van vitamine E heeft een paard ook selenium nodig.  

3. Sober voeren
Geef je paard niet meer voer dan nodig is om de gevraagde prestaties te leveren. In de meeste gevallen voldoet een onderhoudsbrok of basismuesli. Voor paarden die veel arbeid moeten verrichten, kan tot 500 ml plantaardige olie per dag als energieverstrekker aan het krachtvoer toegevoegd worden bv lijnzaadolie. Voor de vertering van olie is vitamine E nodig en laat een paard langzaam wennen aan een olierijk rantsoen. Als het paard olie gaat gebruiken als energiebron is er minder kans op verzuring van de spieren.

Denk dus ook hier altijd aan de samenhang tussen de verschillende vitamines en mineralen ze hebben elkaar nodig om goed voor onze paardenspieren te zorgen.

N.a.v. onderzoek in Minnesota is gebleken dat rantsoenen met veel graan en zetmeel die de dagelijkse behoefte aan energie overschrijden de kans op het terug keren van spierbevangenheid kunnen verhogen.

Ook voor diegene die op een pensionstal staan een tip. Vraag aan de pensionhouder wat hij voert m.n. de samenstelling zodat je daarop verder kunt bouwen.

Zoals altijd wederom dank aan voervergelijk.nl

Terug

Reacties

Er moet ingelogd worden voordat u een reactie kunt plaatsen. Uw reactie zal worden geplaatst zodra deze is goedgekeurd.