opc_loader

Wensenlijst

 

Gratis bezorgd in heel Vlaanderen - alle prijzen zijn inclusief levering aan huis/stal.

 

Alles over ruwvoer

Alles over ruwvoer

Alles over ruwvoer

Tijdens veel lezingen en in bijna alle artikelen en adviezen wordt aangeraden om je paard voldoende ruwvoer van goede kwaliteit te geven. Wat wordt er hier nu precies onder verstaan? Wat is ruwvoer precies? Wat wordt er bedoeld met voldoende? Welk ruwvoer past het beste bij mijn paard? En hoe weten we of we een goede kwaliteit hebben?

Wat is ruwvoer?
Ruwvoer zijn voedermiddelen met een vezellengte van ca. 8 mm. Voedermiddelen zoals gras, hooi, luzerne, snijmaïs en stro zijn dus ruwvoeders. Andere voedermiddelen met een kortere vezellengte vallen onder krachtvoer.

Waarom is ruwvoer belangrijk?
In de natuur is een paard 14-16 uur per dag bezig met het verzamelen van voedsel, voornamelijk vezelrijke voeding met weinig calorieën. Ze vasten nooit langer dan twee tot vier uur. Granen komen in de natuur niet in het rantsoen van een paard voor. In de moderne manier van paarden houden zijn de mogelijkheden om te foerageren beperkt en zit er soms velen uren tussen de verschillende voerbeurten. De spijsvertering van een paard is dan ook gebouwd op het verteren van een continue stroom vezelrijke voeding met de zeer kleine maag en groot ontwikkeld darmstelsel. Om maag- en darmstoornissen te voorkomen, voor de gezondheid van uw paard en om in de psychologische behoefte om te kauwen te voorzien is ruwvoer van groot belang voor een gezonde darmwerking.

Wat is een goede kwaliteit?
De meeste gebruikte soorten ruwvoer voor paarden zijn hooi en kuilgras. Beide producten hebben eigen specificaties en voor- en nadelen.

Kuilgras
Kuilgras, ook wel voordroog, kuilvoer of ingekuild gras kan uitstekend dienen als ruwvoer. Kuilgras is nat gras dat door fermentatie wordt geconserveerd. Fermentatie is een proces waarbij bacteriën voedingsstoffen afbreken zonder zuurstof(anaeroob). Kuilgras voelt vochtig aan en bevat ca. 55 – 65% droge stof. De lengte van het product bepaalt of het stengelig aanvoelt of fijn en zacht. Dit is een maat voor de energiewaarde. Een kuil van fijn gras bevat meer energie dan een kuil van grofstengelig gras.  Jong gras bevat weinig structuur en is niet geschikt voor paarden. Geef daarom geen kuilgras van de melkveehouder, maar kies een grovere, langstengelig en drogere kwaliteit ruwvoer. Vochtige, stinkende en schimmelige kuilen kunnen de darmflora van een paard ernstig verstoren.

Goed kuilgras voor paarden
 

  • Gemiddeld tot langstengelig

  • Geen fijn kuilgras van de melkveehouder

  • Baal binnen 3 -5 dagen opvoeren i.v.m. bederf

  • Balen zijn luchtdicht en bevatten geen gaatjes

  • Fris zurige geur

  • Constante kwaliteit

  • Geen schimmelvorming

  • Let op kadavers in de baal (i.v.m. botulisme)

Hooi
Hooi is gedroogd gras wat ca. 5-7 dagen door de zon is gedroogd op het land. Door het drogen is het lang houdbaar(ca. 1 jaar). Voer hooi bij voorkeur vanaf de grond. Vanuit een ruif komt het stof en de zaden gemakkelijk in de luchtwegen. Stof kan voor irritaties zorgen en tot chronische allergie. Als je bij je paard wit of geel slijm opmerkt, maak dan het hooi onmiddellijk nat door het hooi onder te dompelen in een bak met water.

Goed hooi voor paarden
 

  • Groengele kleur

  • Ruikt fris

  • Stofvrij

  • Uitgebloeid

  • Langstengelig

  • Gemaaid in het aar stadium, zodat het eiwitgehalte laag is en het vezelgehalte hoog

  • Niet natgeregend tijdens de oogst

Om precies te weten wat je voert kun je een ruwvoeranalyse laten uitvoeren. 

Welk ruwvoer past het beste bij mijn paard?
De bovenstaande richtlijnen voor goed hooi en kuilgras zijn van toepassing voor de meeste paarden. De behoeften van paarden kunnen echter verschillen. Een zeer mager jong of oud paard zou bijvoorbeeld baat kunnen hebben bij een ruwvoer van hoge kwaliteit, bijvoorbeeld fijn, groen hooi of luzerne. Terwijl een dik paard dat moet afvallen beter gevoerd kan worden met een zeer grofstengelige kwaliteit hooi. De keuze tussen hooi of kuilgras heeft met diverse factoren te maken. Over het algemeen heeft hooi de voorkeur, omdat deze kwaliteit vaak constanter is, maar sommige paarden moeten hoesten van droog hooi, waardoor dan voor kuilgras gekozen wordt. Bij het zoeken naar de beste kwaliteit ruwvoer voor jouw paard dient gekeken te worden naar de individuele behoeften van het paard.

Wat is voldoende ruwvoer?
Kuilgras is natter dan hooi, waardoor je meer water voert. Een paard heeft ca. 2 – 2,5 kg kuilgras per 100 kg lichaamsgewicht nodig. Voor een paard van 600 kg komt dit neer op 12 – 15 kg, afhankelijk van vochtgehalte van het kuilgras.

Hooi is over het algemeen constanter van kwaliteit en vochtpercentage. Een paard heeft per dag ca. 1,5 kg hooi per 100 kg lichaamsgewicht nodig. Voor een paard van 600 kg komt dit neer op 9 kg per dag(5-6 plakken). Het gehalte vocht in kuilgras ligt hoger dan in hooi. Hooi bevat ca. 85% droge stof en kuilgras ca. 55% droge stof( hooi bevat dus ca. 15% water en kuil 45%)

Hoe weet ik hoeveel ruwvoer ik geef?
Vaak wordt kuilgras gegeven in plukken en hooi in plakken. Dit geeft echter nog geen indicatie van de hoeveelheid. Om precies te weten wat je voert is het goed om je ruwvoer te wegen. Dit kan door een hooinet aan een speciale weger te hangen, maar indien deze niet aanwezig is, dan kun je ook een weegschaal meenemen naar stal. Ga eerst zelf op de weegschaal staan en pak daarna de hoeveelheid ruwvoer in je armen. Op deze manier krijg je een goed idee van het hoeveelheid die je voert. Probeer de porties elke dag gelijk te houden door bijvoorbeeld met een mand te werken. Snelle overgangen in het rantsoen kunnen de bacterieflora in de dikke darm verstoren. Dit kan diverse problemen veroorzaken. Dus probeer dit altijd geleidelijk te doen.

Voedingswaarde ruwvoer
Ruwvoer bevat veel voedingsstoffen zoals eiwit, vitaminen en mineralen.
De voedingswaarde kan per partij erg verschillen. Het analyseren van je eigen ruwvoer is het beste om een goed beeld te krijgen van de voedingswaarde.
Om een idee te geven van de voedingswaarde in hooi en kuilgras volgt hierna een tabelletje met gemiddelde waarden:
 

De waarden zijn per kg product

Hooi,
Gemiddeld

Kuilgras,
Gemiddeld

Droge stof 84% 61%
EWPa 0,53 0,41
VREp 37 gr 55 gr
Ruw eiwit 7,90% 8,10%
Ruwe celstof 25,70% 17,20%
Ruw as 6,30% 6,40%
Suiker 10% 5,70%
Calcium 4,2 gr 3,0 gr
Fosfor 2,3 gr 2,2 gr
Magnesium 1,5 gr 1,0 gr
Natrium 2,0 gr 1,2 gr
Kalium 15,4 gr 17,4 gr
Koper 6,6 mg 4,2 mg
IJzer 86 mg 48 mg
Zink 41,5 mg 31 mg
Mangaan 131 mg 40 mg
Selenium 0,05 mg 0,02 mg
Vitamine A 3320 IE 13.860 IE
Vitamine D3 830 IE 248 IE

Op basis van CVB Tabellenboek 2016

Grasrantsoen
In het rantsoen van een paard worden de uren weidegang vaak niet meegerekend, terwijl dit toch een belangrijk onderdeel van het rantsoen kan vormen. Een grasrantsoen kan in de Belgische weilanden snel tot vervetting leiden, daarom is een gecontroleerde grasopname belangrijk.

Gras bevat 15 – 20% droge stof. Dit betekent dat de rest 80 – 85% uit water bestaat. Een paard kan 2% van zijn lichaamsgewicht aan droge stof opnemen per 24 uur. Afhankelijk van de kwaliteit van het gras en de behoefte van het paard. Voor een paard van 600 kg komt dit op 12 kg droge stof. Dit betekent dat een paard met dit gewicht maximaal 60 – 80 kg vers gras per 24 uur kan opnemen.

Als een paard slechts enkele uurtjes per dag op de weide staat zal hij vrijwel constant grazen. Bij een gemiddelde grasmat neemt een groot paard circa 4 - 5 kg per uur op. Voor een pony is dit ca. 2,5 – 3,5 kg vers gras per uur.

Teveel gras
Een paard wordt snel dik op een dieet van gras. Voornamelijk gras van rijke weilanden kan gemakkelijk vervetting veroorzaken. De hoeveelheid bemesting en regen heeft grote invloed op snelheid waarmee het gras groeit en de kwaliteit van het gras. Als je paard veel gras krijgt kun je minder krachtvoer geven en/of de grasopname te beperken. Gras bevat veel energie en eiwit, waardoor je duidelijk minder krachtvoer kunt geven. Let op: De mineralenvoorziening in gras kan wisselend zijn, waardoor het bijvoeren van mineralen wel noodzakelijk kan zijn als je weinig krachtvoer geeft.

Door een stroomdraadje te verzetten ‘stripgrazen’ of ‘strookbegrazing’ krijgen ze dagelijks een stukje weiland extra. Je kunt ook de weidegang beperken door je paard enkele uren per dag te laten grazen en verder te houden in een paddock. Een andere oplossing om de grasopname te beperken is een graasmasker. Door het graasmasker heen kunnen ze toch sprietjes gras binnen krijgen, maar niet zoveel.

Te weinig gras
Paarden grazen ook als er bijna geen gras meer staat. Ze trekken dan de plantjes met wortel uit de grond. Hierdoor nemen paarden veel zand op en de grasmat wordt vernield. Als een paard teveel zand binnen krijgt kan een zandophoping, diarree of (zand)koliek ontstaan. Om het gras te laten hergroeien is het nodig om paarden regelmatig op een ander stukje te zetten en het gras goed te onderhouden door middel van bemesting. Heb je niet de beschikking over meerdere percelen voer dan hooi of kuil bij om een kale weide te voorkomen.

Conditie bijsturen
Kun je met een basisrantsoen van ruwvoer de conditie van je paard niet handhaven, probeer dan bij te sturen in de kwaliteit van het ruwvoer. Word je paard bijvoorbeeld te dik? Kies dan voor een armere soort ruwvoer, bijv. grof langstengelig hooi. Hoe stengeliger het voer, hoe armer het is aan voedingsstoffen. Als het paard te mager dreigt te worden, kies dan juist voor een rijker ruwvoer (fijn en meer blad i.p.v. stengel).

Behoefte
Houd bij het samenstellen van het rantsoen ook rekening met de behoefte van jouw paard. De behoefte aan energie/eiwit en vitaminen en mineralen verschilt per paard en is afhankelijk van de prestaties, levensfase en eventuele aanvullende behoeften voor bijvoorbeeld dracht. De meeste paarden krijgen ca. 1 - 3 kg krachtvoer per dag, naast voldoende ruwvoer van goede kwaliteit. Stijgt of daalt de behoefte van jouw paard? Pas dan ook het rantsoen aan. De meeste rantsoenen bevatten te weinig zout. Dit kun je opvangen door een zoutblok in de stal te hangen, zodat het paard naar behoefte zout kan opnemen.

Energiebron
Als je paard extra energie nodig heeft naast de basis van ruwvoer, kijk dan welke energiebron bij jouw paard past. Heeft jouw paard snelle energie nodig die snel beschikbaar komt? Zoals suiker en zetmeel of juist langzame energie om langere tijd te kunnen presteren? Zoals bijv. vezels of vetten.

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Basistips om paarden te voeren en wanneer is mijn paard te mager/te dik beschrijven we de volgende keer. Tot de volgende!

Met dank aan www.voervergelijk.nl voor de info

Terug

Reacties

Er moet ingelogd worden voordat u een reactie kunt plaatsen. Uw reactie zal worden geplaatst zodra deze is goedgekeurd.